De kabouter op de maan.

Er was eens een kabouter en die wou graag op reis. Dus bouwde hij een raket van de meubels in zijn huis. Gelukkig had hij toevallig ook nog een flux capacitor liggen op zolder. Toen zijn raket klaar was nam hij afscheid van zijn kaboutervrienden en vertrok hij op zijn tocht naar de maan.

Tijdens zij reis kwam hij toeallig een ruimte-olifant tegen. Die tikte op het raampje van de raket en de kabouter liet hem binnen en nodigde hem uit voor een kopje thee. De ruimte-olifant (hij heete trouwens Johan) vertelde hem het verhaal van de tovenaar die op de maan woonde met zijn hond. De hond werd rover genoemd en had vleugels waarmee hij kon vliegen. Hij hield ervan de witte draak (die ook op de maan woonde) op stang te jagen en kon altijd net op tijd wegvluchten met zijn vleugels. Toen johan zijn thee op had vertrok hij weer en ging de kabouter weer op weg naar de maan.

Toen de kabouter op de maan aankwam zag hij hoog in de lucht een hond vliegen, hij riep naar deze hond en die kwam naar beneden gevlogen. "Dag beste kabouter." Zei de hond. "Mijn naam is rover, kom mee naar mijn baasje, hij zou je heel graag leren kennen." De kabouter kroop op rover zijn rug en ze vlogen samen naar de torens van de tovenaar. Ze vlogen door het raam naar binnen in de keuken van de tovenaar, die juist pannekoeken aan het toveren was. "Ah gezellig, een gast." Sprak de tovenaar, en hij dekte bij voor een kleine persoon. "Ik wist wel dat kabouterborden ooit nog van pas zouden komen." De kabouter at smakelijk van de pannekoeken en sprak met de tovenaar over vanalle dingen. Toen was het tijd om weer naar huis te gaan dus stapte de kabouter weer in zijn raket en vertrok hij weer naar de aarde, waar hij al zijn kaboutervrienden vertelde over de maan-tovenaar, de maanhond, en de ruimte-olifant. En alle andere kabouters waren jaloers op zijn verre reizen maar bleven toch liever thuis zitten, waar de haard warm was en het bier in overvloed. En ze dronken nog lang en gelukkig bij het warme haardvuur. Elkaar verhalen vertellend over alle avonturen die ze ooit zouden beleven